Boek van de week door Femke

Er zijn kinderboeken en er zijn kinderboeken. Dit is er zo één, een kinderboek dat verplicht op elke basisschool aanwezig zou moeten zijn. Dit boek vertelt over de geschiedenis van oorlog voeren.

In het voorwoord vertelt Arend van Dam eerlijk dat hij het spannend vond om dit boek te schrijven. Omdat het zo actueel is. Een boek over oorlog. Een boek over koningen, dictators, legerleiders en soldaten. Niet een boek om vrolijk van te worden, maar de 33 verhalen geven wel een goed beeld van de wereld.

In de inleiding stelt hij zich de vraag waarom er überhaupt oorlog is, maar een antwoord vinden is veel ingewikkelder dan het lijkt. Ook de schrijver vindt het lastig om een antwoord te formuleren. Daarna volgen de hoofdstukken elkaar snel op, te beginnen met de oorlog in Akkadië 2200 jaar voor Christus, via de oorlog van de twee broers rond 1500, de Tweede Wereldoorlog tot aan de vredesmissies in Afghanistan.

De verhalen vertellen in klare taal wat de aanleiding van de verschillende oorlogen is geweest, zonder een waardeoordeel te geven. En om er een les uit te leren. Hoe kan de geschiedenis ervoor zorgen dat de geschiedenis zich juist niet herhaalt? En hoe er steeds nieuwe manieren van oorlog voeren ontstaan, waarbij uitvindingen zoals buskruit, de tank of vliegtuigen een belangrijke rol spelen.

Arend van Dam kennen we al van zijn mooie verhalenbundels over de geschiedenis in verschillende onderwerpen. Zoals ‘Lang geleden’ over de geschiedenis van Nederland. Over kunst, over recht, over Rembrandt en over het koningshuis om er maar een paar te noemen. Verhalenbundels die kinderen in een spannend verhaal wijzer maken over de tijd die achter ons ligt.

Dit meeslepende boek is een verhalenbundel over de hele geschiedenis van oorlog voeren. Het boek krijgt nog meer kracht door de illustraties van Roland Sillem. In mijn ogen een aanrader voor nieuwsgierige kinderen die met vraagtekens naar de wereld kijken.