Vanuit de hemel gesproken
De aanhef van de Wet des Heeren
Theodorus van der Groe (1705-1784) was van 1730 predikant in Rijnsaterwoude. Hier zette de Heere hem stil. Ernst stempelde zijn prediking vanaf dat moment. In 1740 vertrok hij naar Kralingen bij Rotterdam. Hij wordt gezien als de laatste vertegenwoordiger van de Nadere Reformatie. Zijn bekendste werk is ‘Toetssteen van ware en valse genade’.
Lees verder
Specificaties
ISBN/EAN | 9789087182588 |
Auteur | Theodorus van der Groe |
Uitgever | 't Gulden Boek (CBC) |
Taal | Nederlands |
Uitvoering | Gebonden in harde band |
Pagina's | 256 |
Lengte | 192.0 mm |
Breedte | 137.0 mm |
Theodorus van der Groe (1705-1784) was in de tweede helft van de 18e eeuw een bekende prediker en een van de laatste vertegenwoordigers van de Nadere Reformatie. Van der Groe bleef een graag gelezen 'oude schrijver'. Tot zijn geestelijke nalatenschap behoort ook zijn verklaring over de Heidelbergse Catechismus. In deze verklaring staan vóór de behandeling van Gods Wet (Zondag 34-44) zeven preken die handelen over de woorden die de aanhef vormen van de Tien Geboden: 'Ik ben de HEERE, uw God, Die u uit Egypteland, uit het diensthuis, uitgeleid heb.' De preken zijn bijzonder indringend en ontdekkend, en tegelijkertijd verrassen ze doordat ze een helder licht werpen op de verhouding tussen Wet en Evangelie. Daarmee laat Van der Groe een voluit reformatorisch geluid horen. De inleiding in dit boek is van de hand van ds. M. Golverdingen; de hertaling vond plaats door C. Bregman. Doelgroep: Predikanten, ambtsdragers en gemeenteleden Een ernstige inleiding op de wet van de Tien Geboden