Het leven heeft geen zin, maar ik wel
Leven en werk van Maarten van Roozendaal
Patrick van den Hanenberg (1953) is docent geschiedenis op Het Amsterdams Lyceum en begeleidt daar vele muziekprojecten. Sinds 1988 schrijft hij in de Volkskrant over cabaret, musicals en muziek. Van zijn hand verschenen onder meer De bokken en de schapen. Gezongen geschiedenis van de twintigste eeuw (2001), Geef mij maar Amsterdam. De gezongen geschiedenis van Amsterdam (2006), In bed met John en Yoko. Acht geruchtmakende dagen in het Hilton Hotel Amsterdam (2009), De Kleine Komedie. Een geschiedenis (2012) en Bruine bonen en kouseband. Een biografie van Max Woiski senior en junior. In 2019 verschijnt zijn biografie over Maarten van Roozendaal Het leven heeft geen zin, maar ik wel .
Lees verder
Specificaties
ISBN/EAN | 9789038804675 |
Auteur | Patrick van den Hanenberg |
Uitgever | Singel Uitgeverijen |
Taal | Nederlands |
Uitvoering | Paperback / gebrocheerd |
Pagina's | 318 |
Lengte | 214.0 mm |
Breedte | 135.0 mm |
Op 1 juli 2013 overleed zanger-songwriter Maarten van Roozendaal op 51-jarige leeftijd, na een intens leven vol drank en nicotine, maar vooral: muziek. Vanaf 1994, het jaar waarin Van Roozendaal het Amsterdamse Kleinkunst Festival won, ontwikkelde hij zich tot het beste dat Nederland op kleinkunstgebied te zien en te horen kreeg, met nummers als ‘Red mij niet’ en ‘Mooi’. Vaak viel de vergelijking met Ramses Shaffy of Jacques Brel, maar we weten nu: Maarten van Roozendaal is uniek. In Het leven heeft geen zin, maar ik wel beschrijft Patrick van den Hanenberg het leven van Van Roozendaal vanaf zijn jeugd in het rustige Heiloo, via zijn roerige krakerstijd in Alkmaar en zijn worsteling in de kleine zaaltjes tot aan het grote succes bij een vast publiek in zijn tweede huis: De Kleine Komedie. Zijn vader noemde Maarten zijn ‘beste vergissing’, actrice Mary Dresselhuys vond hem ‘een poëet’ en de recensenten waren unaniem gek op hem. Met zijn oeuvre heeft Van Roozendaal een plek verdiend in de eregalerij van Het Nederlandse Lied. Ruim vijf jaar na zijn dood is het de hoogste tijd voor een biografie!