Het bottenseizoen

De nieuwe sensatie uit Engeland: Het bottenseizoen, dat in 2012 al wereldnieuws werd toen de destijds twintigjarige auteur, Samantha Shannon, een recordvoorschot kreeg van Bloomsbury, de uitgever van Harry Potter. Het is het jaar 2056. Scion, dan de touwtjes in handen, beschouwt helderziendheid als een plaag en wil alle zieners uitroeien. De negentienjarige Paige Mahoney werkt in de Londense onderwereld, in de wijk Seven Dials, voor een mime-lord genaamd Jaxon Hall, een criminele helderziende. Paige is een droomdoler, een helderziende die anderen via droombeelden kan voelen. In het Scion van 2056 pleegt ze alleen door te ademen al hoogverraad. Het regent op de dag die haar leven zal veranderen. Ze wordt aangevallen, gekidnapt en getransporteerd naar Oxford, de stad die al tweehonderd jaar gezocht wordt. Daar ontmoet ze Warden, een Refaïet met een donkere huid en grote gele ogen. Hij is het mooiste en meest beangstigende wat ze ooit heeft gezien - en hij zal haar uiteindelijk beschermen. Het bottenseizoen is een verrassende combinatie van een unieke literaire stem, een volledig bedacht verhaal in een bloedstollend spannende parallelle wereld en een verteltempo dat zijn weerga niet kent. Samantha Shannon (1991) groeide op in Londen, waar ze op haar vijftiende begon met schrijven. Deze zomer is ze afgestudeerd in de Engelse taal en literatuur aan het St Annes College in Oxford. Shannon wordt de nieuwe J.K. Rowling genoemd. Het bottenseizoen is het eerste boek uit een serie.